snert

ik had er nog geen last van, van het ipod virus. ik las er wel over en hoorde soms een trotse ouder aan. dan keek ik even bewonderend naar het ding om het vervolgens te vergeten. ik ervaarde verder geen gemis, tot een kleine week geleden.

het zal dit draadje op het subjectivistenforum zijn geweest. dat, in combinatie met nicotinegebrek. ik was ineens verliefd, zoals dat soms ook kan gebeuren met iemand die je al langer kent. van het ene moment op het andere verandert het licht en zie je het. kijk maar eens:

het verlangen nam toe en wel 2 avonden struinde ik verlekkerd door de apple-site. het moest de 40 GB worden, voor minder dan het beste dat de geliefde kan zijn ga ik niet. en als ik naar bed zou gaan moest-i naast me staan en me in slaap zingen, bij voorkeur in een luidsprekerjasje van bose.

en er moest een microfoontje bij om in z’n kop te schroeven:

want dan ben ik eindelijk van die mini-disc-ellende af als ik een gesprek moet opnemen, wat wel zeker 6 keer per jaar voorkomt. en natuurlijk een zwart jasje met clip om in de lente te gaan skaten met de ipod. mijn skates hebben al 2 jaar geen vondelpark gezien maar met de ipod zou alles anders worden. dat wist ik zeker. hoe langer ik er over nadacht hoe onmisbaarder de ipod werd. er zat immers ook een wekker in en een agenda. eigenlijk een heel verantwoorde aankoop.

gistermiddag bereikte de gekte een hoogtepunt en ik besloot vandaag heel vroeg op te staan om voor de zaterdagdrukte bij de apple-winkel te zijn. maar nicotinegebrek werkt blijkbaar op meerdere manieren. ‘klijd ineens ook aan meer gezond verstand dan ik gewend ben en dus ging ik eerst even bankzaken doen.

nadat ik alle gebruikelijke dingen had overgemaakt pakte ik het kleine stapeltje ongeopende post van tafel. ik besloot alles dat rekening was onmiddelijk te verwerken. het handige van internet-bankieren is dat je je saldo letterlijk ziet kelderen bij elke handeling. en alles was rekening, op een uitnodiging voor een vernissage na.

de nekslag voor mijn nieuwe liefde was een groene enveloppe.

in amsterdam wonen blijkt per jaar ongeveer even duur als een 40 GB ipod. en zo ging ik vanochtend gewoon naar de natuurvoedingswinkel en kocht vooral heel erg veel groenten.

nu ga ik erwtensoep maken in plaats van liedjes overzetten. en oh, de vernissage heb ik ook gemist zag ik net. die was vanmiddag.

begonnen

afgelopen zondag ben ik weer eens begonnen. begonnen met niet-roken. uit ervaring weet ik dat beginnen met niet-roken iets heel anders is dan stoppen met roken.

ik zou daar graag over uitwijden ware het niet dat mijn niet-roken nu nog gepaard gaat met iets te veel rusteloze energie om zomaar een heel stuk achter elkaar te schrijven. zelfs teveel energie om te slapen. het is nu dan ook tijd voor een dosis

het lijkt wel alsof ik, rookloos, nauwelijks tot geen slaap nodig heb maar je weet maar nooit. al die andere niet-rokers schijnen het toch ook nog te doen, slapen, dus het zal wel ergens goed voor zijn.

begonnen

afgelopen zondag ben ik weer eens begonnen. begonnen met niet-roken. uit ervaring weet ik dat beginnen met niet-roken iets heel anders is dan stoppen met roken.

ik zou daar graag over uitwijden ware het niet dat mijn niet-roken nu nog gepaard gaat met iets te veel rusteloze energie om zomaar een heel stuk achter elkaar te schrijven. zelfs teveel energie om te slapen. het is nu dan ook tijd voor een dosis

het lijkt wel alsof ik, rookloos, nauwelijks tot geen slaap nodig heb maar je weet maar nooit. al die andere niet-rokers schijnen het toch ook nog te doen, slapen, dus het zal wel ergens goed voor zijn.

een gedicht begint

een gedicht begint
‘t is januari een maandag
en koud
en kille meeuwen
scheren over het dak
over de bomen

ze gaan er
nooit in zitten

een meeuw zit niet
en nooit in een boom

bert schierbeek (1918-1996)

nee. meeuwen zitten altijd op die witte rand van dat dak, naast dat torentje. zomer en winter. ze zitten ook wel eens op mijn dak. niet dat ik dat zie, maar soms stort er zich een van het dak naar benee. dan lijkt-i vlak achter het scherm van de imac te suizen en daar schrik ik nog steeds een beetje van.

wat een rare foto is dat trouwens, zo’n perspectief heb ik nooit op dat gebouw. als ik op de grond zit (met mijn rug tegen de bank, zo zit ik graag) zie ik dat hele bruine gebouw niet. als ik niet op de grond zit zie ik wel wat baksteen, maar dan van bovenaf. vanuit welke positie ook, ik ken dit als een overwegend grijs gebouw. vervreemdend om te zien hoe het dak er vanaf de grond uitziet. want dat dak domineert mijn uitzicht, dat dak en het zwerk.

heel veel lucht zie ik, als een zee boven de stad. en in die lucht een grijze leistenen berg, een grijze ijsberg, met een charmant torentje. en veel meeuwen en een enkele reiger.

een gedicht begint

een gedicht begint
‘t is januari een maandag
en koud
en kille meeuwen
scheren over het dak
over de bomen

ze gaan er
nooit in zitten

een meeuw zit niet
en nooit in een boom

bert schierbeek (1918-1996)

nee. meeuwen zitten altijd op die witte rand van dat dak, naast dat torentje. zomer en winter. ze zitten ook wel eens op mijn dak. niet dat ik dat zie, maar soms stort er zich een van het dak naar benee. dan lijkt-i vlak achter het scherm van de imac te suizen en daar schrik ik nog steeds een beetje van.

wat een rare foto is dat trouwens, zo’n perspectief heb ik nooit op dat gebouw. als ik op de grond zit (met mijn rug tegen de bank, zo zit ik graag) zie ik dat hele bruine gebouw niet. als ik niet op de grond zit zie ik wel wat baksteen, maar dan van bovenaf. vanuit welke positie ook, ik ken dit als een overwegend grijs gebouw. vervreemdend om te zien hoe het dak er vanaf de grond uitziet. want dat dak domineert mijn uitzicht, dat dak en het zwerk.

heel veel lucht zie ik, als een zee boven de stad. en in die lucht een grijze leistenen berg, een grijze ijsberg, met een charmant torentje. en veel meeuwen en een enkele reiger.

ben christophers instore

eergister schreef ik dat ross curry 23 januari in phantasio speelt. ik was er zojuist even en hoorde dat ook ben christophers binnenkort komt. woensdag 9 februari speelt hij ‘s avonds in paradiso, maar ‘s middags in phantasio. vanaf 14:30 uur als ik het goed heb. daar ga ik zeker proberen bij te zijn. volgens mijn agenda moet het, met een beetje schuifwerk, wel lukken.

op zijn site kun je (via releases) 4 liedjes luisteren van zijn meest recente cd ‘the spaces in between’. en vpro’s R.A.M. zocht hem vorig jaar op, de uitzending kun je hier nog bekijken (klik op video rechtsboven, het item begint bij minuut 43). hij vertelt over zijn periode van inzinking en speelt & zingt gitaar in zijn slaapkamer. lees hier iets meer over het item. het is een ontroerend en grappig portret.

eerie spaced-out folk songs of the purest longing, wrapped up in enigmatic samples and dipped in honey melodies – independent

creatively, he remains utterly distinctive … a sublime songwriter who fashioned two near masterpieces, ‘my beautiful demon’ and ‘spoonface’, and here delivers a third – sunday times

ben christophers instore

eergister schreef ik dat ross curry 23 januari in phantasio speelt. ik was er zojuist even en hoorde dat ook ben christophers binnenkort komt. woensdag 9 februari speelt hij ‘s avonds in paradiso, maar ‘s middags in phantasio. vanaf 14:30 uur als ik het goed heb. daar ga ik zeker proberen bij te zijn. volgens mijn agenda moet het, met een beetje schuifwerk, wel lukken.

op zijn site kun je (via releases) 4 liedjes luisteren van zijn meest recente cd ‘the spaces in between’. en vpro’s R.A.M. zocht hem vorig jaar op, de uitzending kun je hier nog bekijken (klik op video rechtsboven, het item begint bij minuut 43). hij vertelt over zijn periode van inzinking en speelt & zingt gitaar in zijn slaapkamer. lees hier iets meer over het item. het is een ontroerend en grappig portret.

eerie spaced-out folk songs of the purest longing, wrapped up in enigmatic samples and dipped in honey melodies – independent

creatively, he remains utterly distinctive … a sublime songwriter who fashioned two near masterpieces, ‘my beautiful demon’ and ‘spoonface’, and here delivers a third – sunday times

welkomstwoord

het heeft even geduurd, maar na bijna 3 maanden bloggen heb ik nu toch bedacht dat een woord van welkom wel zo vriendelijk staat. zeker in dit gurige jaargetij. en zie boven.

nu het er zo staat lijkt het meer een motto dan een welkomstwoord, maar volgens web-log is dit toch heus mijn welkomsttekst. ooit komt het nog wel goed, met mij als gastvrouw.

het is trouwens de eerste zin van een verhaaltje dat ik ooit schreef, het staat hier onder. en voor wie een beetje moe wordt van al die verhaaltjes die ik al eerder schreef: ik heb een paar nieuwe in de maak. even geduld nog. ik heb een paar jaar bijna niet geschreven en het is weer even wennen.

het woord

in den beginne was het woord. in die zin wil ik nog wel geloven.

vóór dat woord is er natuurlijk ook van alles, een soort emotiebrij. dat
moerast wat tussen ons in, een enkele keer borrelt er iets naar boven en
ik kijk er met verbazing naar.

het lijkt me erg mooi wat daar onder de oppervlakte zit. maar zelfs de
dood heeft zijn charmes dus dat zegt niks. die lichtjes die ik denk te
zien, zijn misschien mijn eigen ongehuilde tranen van jaren her. en die
lotusbloem die er volgens mij groeit kan ook een zeewier zijn, dat zich
als een tentakel om mijn enkels zal slingeren.

het is alleen maar modder. toch? je kijkt me vragend aan. ik twijfel
tussen bloem en tentakel en houd mijn mond. ik ken de kracht van mijn
eigen gekte en huiver om je er in te betrekken. soms maken woorden me
bang, en soms wil ik de dingen niet scherp zien. ik heb je nog geen
antwoord gegeven, maar je vraag dwingt me om te kijken.

het mooiste weefsel is van dichtbij niets anders dan een verzameling
draadjes. als ik nu weet welke van jou zijn en welke van mij en welke
kleuren er eigenlijk allemaal inzitten en of het zijde is of jute, heb ik het
daarmee dan niet kapot gemaakt? en zo niet, wat winnen we er dan bij?

ik hou van die onuitgesproken nachten. ik ben bang dat je het antwoord
waar je naar vraagt toch liever niet wilt horen. bang dat ik mezelf in het
moeras verlies en dat je me er dan niet uithaalt. bang voor mijn eigen
demonen die mij nu nog met rust laten.

het is nog niet echt zie je, als het geen naam heeft. en als het niet echt
is, wel, dan sluimeren de monsters en durf ik je aan te kijken en me
te laten zien. als ik je vertel van de lichtjes, zul je me dan zeggen dat
ik aan wanen lijd?

nee, ik weet ook niet of het water is of modder waarin we zwemmen,
ik weet alleen dat ik daar elke nacht wel zou willen wonen, in dat land
van ooit. als ik soms iemand anders meeneem, lijkt het verdomd op
modder trouwens, dan glinstert er niets. misschien moet ik je dat maar
zeggen, ooit. dat ik met jou in mooie modder zwem.

welkomstwoord

het heeft even geduurd, maar na bijna 3 maanden bloggen heb ik nu toch bedacht dat een woord van welkom wel zo vriendelijk staat. zeker in dit gurige jaargetij. en zie boven.

nu het er zo staat lijkt het meer een motto dan een welkomstwoord, maar volgens web-log is dit toch heus mijn welkomsttekst. ooit komt het nog wel goed, met mij als gastvrouw.

het is trouwens de eerste zin van een verhaaltje dat ik ooit schreef, het staat hier onder. en voor wie een beetje moe wordt van al die verhaaltjes die ik al eerder schreef: ik heb een paar nieuwe in de maak. even geduld nog. ik heb een paar jaar bijna niet geschreven en het is weer even wennen.